×
home architectenbureau woningcorporatie gemeente projectontwikkelaar actueel downloads award natuur-inbouw

Analyse: dit kunnen we doen voor stadsvogels

image
Wie houdt er niet van vogels in de stad? Ze dragen bij aan het welzijn van inwoners en zijn een onmisbare schakel in het stedelijke ecosysteem. Maar het gaat slecht met veel van onze stadsvogels, ze nemen al decennia in aantal af. Uit een nieuwe analyse blijkt wat de belangrijkste knelpunten zijn. En welke maatregelen we kunnen nemen om van de stad weer een gezonde leefomgeving voor vogels te maken.

De omvang van de bebouwde omgeving in ons land neemt gestaag toe. En ook binnen stad en dorp vinden veranderingen plaats; zo gaat stedelijk groen verloren door inbreiding. Stadsvogels die afhankelijk zijn van tuinen, parken, struiken en struweel, lijden daaronder. Deze soorten zijn in de stad met zo’n 25% tot 30% afgenomen in 15 jaar tijd.

In opdracht van Vogelbescherming Nederland analyseerde Sovon Vogelonderzoek de belangrijkste knelpunten voor kwetsbare stadsvogels, en welke aanknopingspunten er zijn om deze soorten in de stad te helpen. Het onderzoek richtte zich op vijf soorten: staartmees, heggenmus, winterkoning, tuinfluiter en huismus. De analyse werd uitgevoerd met het kennissysteem PODICEPS. Conclusie? Vele oorzaken dragen bij aan het verdwijnen van vogels uit de stad. En een belangrijk deel daarvan is gelukkig oplosbaar.

Grootste bedreigingen
Voor staartmees, heggenmus, winterkoning en tuinfluiter blijken veranderingen in gebruik van de stedelijke ruimte een belangrijke oorzaak van achteruitgang. Deze soorten zijn afhankelijk van struiken om te kunnen nestelen, schuilen en foerageren. Die leefomgeving verdwijnt bijvoorbeeld door inbreiding. Ook het verwijderen van bosjes en rommelhoekjes om de stad ‘netter’ te maken, gaat ten kosten van leefgebied.

Een tweede belangrijke drukfactor voor deze vier ‘struikbroeders’ is het groenbeheer in tuinen en parken: struiken worden weggehaald of gesnoeid op een manier die voor de vogels ongunstig is. Dat leidt tot minder leefgebied, maar ook tot een daling van het aantal insecten, een belangrijke voedselbron.

Voor de huismus is versnippering en isolatie van populaties het grootste probleem. De soort heeft maar een klein leefgebied nodig, maar wanneer dat is afgesneden van het leefgebied van andere populaties, kan hij zich niet goed voortplanten. Dat gebeurt wanneer groene zones in de stad niet met elkaar verbonden zijn.

Voor alle onderzochte soorten is het gebruik van bestrijdingsmiddelen in tuinen en gemeentelijk groen een bedreiging. Deze leiden tot minder insecten, en dus minder voedsel voor de vogels. Ook klimaatverandering speelt voor alle soorten een rol: Door droogte kan vegetatie verdwijnen, en daarmee ook insecten. Door extreme neerslag raken jongen onderkoeld, spoelen nesten weg en vinden ouders minder voedsel voor hun kroost.

AGAMI Marc Guyt 109080

Oplossingen
Uit de analyse van Sovon kunnen we een aantal maatregelen afleiden om vogels te helpen overleven in de stad. Overigens helpen deze maatregelen niet alleen de vijf onderzochte soorten, maar ook andere vogelsoorten en zoogdieren zoals de egel en de vleermuis hebben er baat bij.

1.) Richt de openbare ruimte in met gelaagd groen, dus niet alleen gras, kruiden en bomen, maar ook de tussenlaag van struiken. Die is voor veel stadsvogels van levensbelang. Om tegemoet te komen aan de wens van netheid of veiligheid, kunnen struiken op afstand worden geplaatst van loop- en fietspaden. Dat voorkomt meteen verstoring van de vogels.

2.) Verbind parken en andere natuurrijke zones in de stad onderling met groene verbindingen zoals bomenlanen, plantsoenen, gevel- en dakbegroeiing. Via dit netwerk kunnen vogels zich veilig verplaatsen. Zo raken populaties niet geïsoleerd.

3.) Kies er bij groenbeheer voor om struiken te snoeien in een stadium dat voor vogels gunstig is. Plan je beheer op basis van de lokale ecologie.

4.) Gebruik geen bestrijdingsmiddelen en licht bewoners voor over de schadelijke gevolgen van deze middelen in tuinen.

Meer weten? Lees hier het volledige onderzoeksrapport.

Tekst: Mariël Verburg, Vogelbescherming Nederland, 8 november 2014
Beeld: Shutterstock

image

Onderzoek pleit voor integrale norm stedelijk groen

De huidige normen voor stedelijk groen schieten tekort. Om steden leefbaar te houden, is één integrale norm nodig, die landelijk wordt ingevoerd. Dat blijkt uit onderzoek van adviesbureau Sweco.

image

Hoe ga je te werk bij een beschermd vogelnest?

Een rietkraag maaien, bomen snoeien of een klimop verwijderen voor werkzaamheden? Let op: er kunnen vogelnesten zitten die wettelijk beschermd zijn. Hoe ga je daarmee om?

image

Factsheet Gifgebruik

Er bestaan vele vormen van gif. Naast het actief gebruiken ervan, komt er ook gif in tuinen terecht via planten of potgrond. Een vogelvriendelijke tuin is gifvrij en biedt vogels jaarrond voedsel, veiligheid en gelegenheid tot voortplanten.

image

Verbinden groene gebieden verhoogt biodiversiteit

Een netwerk van groene stapstenen zorgt voor een gezond stedelijk ecosysteem, waarbij groen altijd dicht bij de bewoners is. Een bewezen meerwaarde voor de woonomgeving.

Alle van nature in het wild levende vogels en vleermuizen zijn strikt beschermd. Voor aanvang van bouw- en renovatiewerkzaamheden is het van belang rekening te houden met de wettelijke vereisten die voortvloeien uit de Wet natuurbescherming.

Meld je aan voor de nieuwsbrief